Waar ging het deze keer over?

• Kennismaken (met de deelnemers, met de trainers, met de ouders en met de training)
• Regels afspreken
• Samenwerken

 

Wat hebben de kinderen gedaan?

De kinderen moesten eerst even aan elkaar wennen, omdat er veel nieuwe gezichten waren. Tijdens een kennismakingsronde moesten de kinderen vertellen wie ze zijn, hoe oud ze zijn en op welke school ze zitten. Ook hebben de ouders de tijd gekregen om wat te vertellen en hun kind alvast een compliment te geven. Daarna hebben de trainers iets verteld over de training en waarom de kinderen op een sociale vaardigheidstraining zitten. Om sociaal vaardiger te worden en omgaan met anderen. Dat betekent dat de kinderen gaan leren hoe ze moeten reageren (handelen). Dat betekent dat de kinderen gaan leren hoe ze moeten reageren, wat ze kunnen zeggen of doen en daarbij ook voelen in hun buik/hart, dat dat oké is. 

 

Daarna hebben alle kinderen en hun ouders een tekenopdracht gemaakt. Ze moesten een tegeltje maken. Tijdens deze opdracht is het belangrijk dat ze samenwerken, want deze training gaan we met z'n allen doen. Het is één groot kunstwerk geworden. Alle kinderen hebben op (bijna) alle tegeltjes wat moois kunnen maken. De kinderen hebben hun eigen werkboek gekregen. Ook hebben ze er één voor de juf of meester gekregen. Die mogen jullie houden. Nu zijn jullie helemaal op de hoogte van wat de kinderen gaan leren. Hopelijk kunnen jullie ze vanaf nu ook ondersteunen. Voor de volgende bijeenkomst kregen de kinderen al huiswerk mee. Ze moeten een namenpuzzel maken. In deze puzzel staan alle namen van de deelnemers, zo kunnen de kinderen gaan oefenen met de namen. Ze moeten ook 3 namen bedenken voor de groep. Uiteindelijk wordt er één naam gekozen. 

 

Wat hebben de kinderen geleerd?

De kinderen hebben geleerd dat je samen een kunstwerkje (tegels) kunt maken, die bij iedereen verschillend is, omdat wij allemaal verschillend zijn. De tegeltjes zijn een beetje van de kinderen, maar ook een beetje van alle andere deelnemers en ouders die eraan hebben gewerkt. Ook hebben de kinderen geleerd dat sociaal vaardig zijn vooral is: weten wat je moet doen. En dat je dat dat kunt leren. Dit kan je zelf leren, maar ook van anderen (van de juf, meester, je ouders, vriendjes/vriendinnetje) 

 

De volgende keer gaat het over hoe je kan laten zien dat je luistert